Wet Zorg & Dwang
Ieder mens heeft het recht om in vrijheid te leven, eigen keuzes te maken. Zelf beslissen hoe je je dag doorbrengt en waar je woont. Dit geldt ook voor mensen met dementie.
Het thema ‘Wet Zorg & Dwang’ is medio 2022 opgestart, de inhoud van deze pagina wordt aangevuld.
Situatie
In Nederland geldt de Wet zorg en dwang (Wzd). Het uitganspunt van de Wet zorg en dwang is dat er geen onvrijwillige zorg wordt toegepast tenzij. Van onvrijwillige zorg is alleen sprake als de client of de vertegenwoordiger (van een wilsonbekwame client) zich verzet tegen zorg of opname. Onvrijwillige zorg moet zo kort mogelijk en op de minst ingrijpende manier plaatsvinden. De Wzd is cliëntvolgend, dat betekent dat hij niet alleen in instellingen geldt, maar bijvoorbeeld ook thuis of op de dagbesteding.
KernboodschapIeder mens heeft het recht om in vrijheid te leven en eigen keuzes te maken: je beslist zelf hoe je je dag doorbrengt en waar je woont. Mensen met dementie hebben weliswaar zorg en ondersteuning nodig, maar dat moet zoveel mogelijk zorg zijn waar ze zelf voor kiezen. Daar maken de cliënt en zorgverlener samen afspraken over.
Soms kunnen mensen met dementie niet inschatten wat goed voor hen is. Zorgverleners helpen hen bij die keuzes. Daarbij houden ze rekening met veiligheid en kwaliteit van leven. Dat kan betekenen dat de vrijheid hierdoor wordt beperkt.
Animatie
Met onze zorg voor mensen met dementie sluiten we zoveel mogelijk aan bij het leven zoals iedereen dat wil leiden. Een leven waarin hij zo min mogelijk in zijn vrijheid wordt beperkt en waarin hij zijn eigen keuzes maakt. Dat geldt ook voor de zorg en ondersteuning.
Een cliënt met dementie krijgt zoveel mogelijk de zorg waar hij zelf (vrijwillig) voor kiest. In de dagelijkse praktijk merken we echter, dat er situaties voorkomen waarin we – soms onbewust – de vrijheid van een cliënt wél beperken. Bijvoorbeeld als we zijn rolstoel op de rem zetten om te voorkomen dat hij in zijn eentje naar buiten gaat. Of als we een paracetamol in zijn appelmoes doen omdat hij de tabletjes op een andere manier niet wil nemen. Of als we in de kappersstoel zijn handen vasthouden omdat hij zich anders niet wil laten knippen.
We staan er niet zo bij stil dat we daarmee de vrijheid van een cliënt beperken. We denken dat het veiliger is of we doen het omdat we het altijd zo gedaan hebben. Door de Wet zorg en dwang staan we nu bewuster stil bij de momenten waarop de vrijheid en de veiligheid van een cliënt met elkaar botsen. En bekijken we, samen met de cliënt en zijn vertegenwoordiger, óf en hoe het anders kan. Het welzijn van de cliënt staat daarbij voorop.
In deze animatie (van De Zorggroep, Land van Horne en Proteion) komen alle hierboven beschreven aspecten aan bod en wordt duidelijk dat we samen (cliënt, vertegenwoordiger en zorgteam) van vrijheid een vanzelfsprekendheid kunnen maken!
Introductie Wet zorg en dwang bij ZorgConnect Noord- en Midden-Limburg
Bij ZorgConnect Noord- en Midden-Limburg staat kennisdeling centraal. Dit is bij een ingewikkelde wet als de Wet zorg en dwang van extra toegevoegde waarde. De drie grootste organisaties van ZorgConnect – Land van Horne, Proteion en de Zorggroep – hebben het voortouw genomen om het beleid rondom deze wetgeving te formuleren. Alle zeven organisaties van ZorgConnect hebben dit beleid ondertekend. Binnen dit thema wordt er ook samengewerkt met de ziekenhuizen VieCuri Medisch Centrum, Stichting Laurentius Ziekenhuis en St. Jans Gasthuis en de GGZ-instellingen Met GGZ en Vincent van Gogh.
Infographic – stappenplan Wet zorg en dwang
Beginpunt: Onderzoek naar alternatieven
Het stappenplan begint met een heroverweging van het zorgplan, met als doel om een vrijwillige manier te vinden om het ernstig nadeel te voorkomen. De alternatievenbundel van Vilans kan helpen bij het zoeken naar vrijwillige alternatieven. Daarnaast gaat de zorgverantwoordelijke in gesprek met de deskundige van een andere discipline en de arts. De Wzd-functionaris houdt toezicht en toets op de overweging van het zorgplan.
Stap 1: Heroverweging van het zorgplan/ opname van onvrijwillige zorg in het zorgplan
Als het daadwerkelijk nodig blijkt om onvrijwillige zorg op te nemen in het zorgplan, dan vindt er een tweede multidisciplinair overleg plaats. De zorgverantwoordelijke gaat in overleg met een deskundige van een andere discipline en eventueel de behandelend arts. De onvrijwillige zorg geldt voor maximaal drie maanden.
Stap 2: Eerste verlenging van de periode waarin onvrijwillige zorg verleend kan worden
Het streven is om de onvrijwillige zorg binnen drie maanden af te bouwen, mocht dat niet lukken dan volgt deze stap. Dit start met een derde multidisciplinair overleg. Hieraan nemen deel de zorgverantwoordelijke en eventueel de behandelend arts, een deskundige van een andere discipline in de zorg én een deskundige die niet bij de zorg betrokken is. Zij maken dezelfde kwalitatieve afwegingen als betrof het de eerste keer dat onvrijwillige zorg overwogen wordt. Is onvrijwillige zorg opnieuw nodig, dan wordt dit in het zorgplan opgenomen en geldt die opnieuw voor maximaal drie maanden.
Stap 3: Tweede verlenging van de periode waarin onvrijwillige zorg verleend kan worden om extern advies te vragen
Stap 4: Derde verlenging van de periode waarin onvrijwillige zorg verleend kan worden
Voor zeer complexe zorgsituaties, waarin het ook na zes maanden nog niet mogelijk is de onvrijwillige zorg af te bouwen, is het wenselijk om de hulp van een onafhankelijke deskundige in te roepen. Dit kan een deskundige van de eigen organisatie zijn die niet bij de behandeling of zorg aan de cliënt betrokken is, maar ook een expert bij een andere zorgorganisatie. Als dat nodig is, dan kun je contact opnemen met het Wzd Regioloket.
Stap 5: Vierde en iedere volgende verlenging van de periode waarin onvrijwillige zorg verleend kan worden
Een toepassing van onvrijwillige zorg mag maximaal zes maanden plaatsvinden. Daarna moet de maatregel in multidisciplinair overleg worden geëvalueerd. De zorgverantwoordelijke bespreekt met een deskundige van een andere discipline, een andere deskundige die niet bij de zorg betrokken is en eventueel de behandelend arts over iedere volgende verlenging van onvrijwillige zorg. De zorgverantwoordelijke en de Wzd-functionaris houden toezicht en toetsen op de uitvoering van onvrijwillige zorg.
Een WZD-maatregel aanmaken
Kan ernstig nadeel alleen afgewend worden door inzet van onvrijwillige zorg? Dan maak je een ‘Wet zorg en dwang-maatregel’ aan. De maatregel wordt altijd beoordeeld door de WZD-functionaris.
In de instructievideo hiernaast leggen we uit hoe je een maatregel aanmaakt en invult. In déze video gebruiken we daarvoor ‘Ons Dossier’. Gebruikt jouw organisatie een ander systeem? Bekijk ook dan gerust deze video, hij kan ook dan heel behulpzaam zijn.
Regioloket
ZorgConnect heeft een loket opgezet rondom de Wet zorg en dwang. Van maandag tot en met vrijdag van 8:00 tot 17:00 is het regioloket bezet om antwoord te geven op alle vragen rondom de Wet zorg en dwang. Daarnaast mogen de drie ziekenhuizen en twee GGZ-instellingen hier ook gebruik van maken.
Hopelijk kunnen we het regioloket in de toekomst uitbreiden met de extramurale zorg. Voor nu zijn we alleen gefocust op de intramurale zorg. Maar de extramurale zorg kampt wel ongeveer met dezelfde zorgvraag.
Telefoonnummer: 088-6101950
E-mail: wzdregioloket@dezorggroep.nl
Projecten

- Projecten ·
Wet Zorg en Dwang in de eerstelijnszorg

- Projecten ·
Instructievideo’s WZD-maatregel
Factsheets
Met regelmaat evalueren we onze projecten, we vatten onze bevindingen samen in factsheets
Het thema ‘Wet Zorg & Dwang’ is medio 2022 opgestart, de inhoud van deze pagina wordt aangevuld.
Overige documenten
ZorgConnect Noord- en Midden-Limburg
Om goede ouderenzorg ook de komende jaren te blijven garanderen hebben wij, de zorgorganisaties van Noord- en Midden-Limburg, de handen ineengeslagen. Om te anticiperen op de huidige ontwikkelingen moeten we namelijk samenwerken. Ons doel is om gezamenlijk de ouderenzorg zichtbaar te verbeteren en voor te bereiden op de toekomst.